Artrose van de schouder

Het kraakbeen van het schoudergewricht kan worden aangetast door slijtage, dit noemen we artrose. Kenmerkend voor artrose is dat de dikte van de kraakbeenlaag afneemt en de botoppervlakken van het gewricht dichter op elkaar komen te zitten. Dit leidt tot pijn, startklachten, kraken en functievermindering. Slijtage van het schoudergewricht wordt omartrose genoemd.

De klachten bestaan uit pijn die u 's nachts uit de slaap kan houden en die verergert bij bewegen van de arm. Vaak is er uitstraling naar de nek, de bovenarm of de hand en zijn er tintelingen in de hand. De pijn wordt met name ervaren in de bovenarm. Door de artrose kan het gewricht stijf worden.

De diagnose is eenvoudig te stellen bij lichamelijk onderzoek in combinatie met röntgenfoto's.

Behandeling

In een vroeg stadium kan gewrichtsslijtage behandeld worden met ontstekingsremmers, fysiotherapie of corticosteroïdeninjecties in het gewricht.
In ernstige gevallen is de enige oplossing het plaatsen van een schouderprothese.