Bekkeninstabiliteit (beter: motor control impairment van het bekken)
Bekkeninstabiliteit is een veelgebruikte term voor pijn en bewegingsproblemen rondom het bekken. Echter, deze term is eigenlijk wat ongelukkig gekozen. Beter spreken we van motor control impairment van het bekken, wat aangeeft dat het vooral gaat om een verstoorde controle en samenwerking van de spieren en banden rondom het bekken.
Wat is het?
Bekkeninstabiliteit komt het meest voor bij zwangere vrouwen (1 tot 9%), maar kan ook bij niet-zwangere vrouwen en mannen voorkomen. De pijn zit meestal bij het schaambeen en in de onderrug, rond de gewrichten tussen het heiligbeen en de darmbeenderen (de zogenaamde SI-gewrichten). Deze pijn kan uitstralen naar de lies, de binnenkant van het bovenbeen, de bil, en soms zelfs naar het onderbeen of het stuitje.
De klachten treden vooral op bij abrupte bewegingen, bij het lang volhouden van bepaalde houdingen of bij activiteiten zoals lopen, traplopen, schoenen aantrekken, in- en uitstappen van de auto of draaien in bed. Vermoeidheid kan de klachten verergeren.
Waardoor kan het komen?
Bekkeninstabiliteit kan ontstaan:
-
Tijdens de zwangerschap, door het hormoon relaxine dat de banden rondom het bekken soepeler maakt zodat de baby ruimte heeft. Deze verslapping is normaal en meestal klachtenvrij, maar soms ontstaan er klachten.
-
Na een bevalling, ook als de zwangerschap zonder problemen verliep, bijvoorbeeld door het te ver oprekken van de banden.
-
Na een ongeval of sportblessure waarbij de banden van het bekken overbelast zijn geraakt.
Waarom de ene persoon klachten krijgt en de ander niet, is nog niet helemaal duidelijk. Mogelijk speelt ook een druk leven een rol.
Hoe wordt het vastgesteld?
Omdat de symptomen ook door andere aandoeningen kunnen komen, is een goede diagnose belangrijk. Dit wordt vastgesteld door een arts, bijvoorbeeld een huisarts, gynaecoloog of verloskundige.
Wat kan helpen?
Meestal verdwijnen de klachten vanzelf, vooral binnen anderhalve maand na de bevalling. Het herstel kan echter tot een jaar duren. Tijdens de menstruatie of bij verminderde weerstand kunnen klachten tijdelijk verergeren.
Fysiotherapie of oefentherapie kan helpen door middel van oefeningen die de houding verbeteren en de controle over het bekken versterken.
Wie kan helpen?
Fysiotherapeuten en oefentherapeuten kunnen je begeleiden met oefeningen en advies om de klachten te verminderen en het herstel te bevorderen.
Ermee leven
Hoewel de klachten meestal vanzelf overgaan, is het belangrijk om goed naar je lichaam te luisteren en voldoende rust te nemen. Tegelijkertijd is het belangrijk om te blijven bewegen, zodat spieren sterk blijven en spierzwakte wordt voorkomen. Soms is het nodig om dagelijkse taken anders aan te pakken of tijdelijk hulp te vragen bij werk, huishouden of zorg voor kinderen. De fysiotherapeut kan hierin adviseren, ook over het gebruik van een bekkenband.