Radiaal Tunnelsyndroom

Wat is het?

Het Radiaal Tunnelsyndroom is een aandoening waarbij de radiale zenuw bekneld raakt in een smalle doorgang (de radiale tunnel) in de onderarm. Deze zenuw loopt langs de bovenarm naar de hand en stuurt spieren aan die zorgen voor het strekken van de pols en vingers. Beknelling van de zenuw kan pijnklachten en tintelingen veroorzaken die uitstralen tot in de hand en vingers.

De symptomen lijken sterk op die van een tenniselleboog (epicondylitis lateralis), wat de diagnose soms lastig maakt.

Het radiaal tunnelsyndroom valt onder de overkoepelende term CANS: Complaints of the Arm, Neck and/or Shoulder – een verzamelnaam voor klachten aan arm, nek en/of schouder.

Klachten

Typische symptomen van het radiaal tunnelsyndroom zijn:

  • Pijn aan de buitenzijde van de elleboog en onderarm, soms uitstralend tot in de hand of vingers.

  • Pijn bij draaibewegingen, bijvoorbeeld bij het openen van een pot of het gebruik van een schroevendraaier.

  • Tintelingen of een branderig gevoel langs de loop van de radiale zenuw.

  • Geen krachtverlies, in tegenstelling tot andere zenuwbeknellingen. De pijn kan echter bewegingen wel beperken.

Oorzaken

De klachten ontstaan door druk, rek of irritatie van de radiale zenuw in de tunnel. Mogelijke oorzaken zijn:

  • Overbelasting door herhaalde bewegingen zoals grijpen, duwen, trekken of langdurig buigen van de pols.

  • Langdurige draaibewegingen van de onderarm.

  • Directe impact (bijv. een klap op de onderarm).

  • Een te nauwe doorgang voor de zenuw, soms aangeboren.

Diagnose

De diagnose is niet eenvoudig en wordt gesteld op basis van:

  • Lichamelijk onderzoek, waarbij de pijn wordt uitgelokt door rek- of draaibewegingen tegen weerstand.

  • Elektromyografisch onderzoek (EMG) kan worden ingezet om zenuwactiviteit te meten en vergelijkbare aandoeningen uit te sluiten.

Behandeling

Conservatief (zonder operatie)

  • Fysiotherapie is de eerste keus: gericht op het verminderen van spanning en verbeteren van beweegpatronen.

    • Technieken zoals massage, mobilisaties, oefentherapie en houding-/werkplekadvies kunnen helpen.

  • Activiteitenaanpassing om overbelasting van de onderarm te voorkomen.

  • Eventueel kunnen ontstekingsremmers worden voorgeschreven.

Operatief

Wanneer conservatieve therapie onvoldoende helpt, kan een operatie overwogen worden om de zenuw meer ruimte te geven. De effectiviteit van deze ingreep is nog niet volledig wetenschappelijk onderbouwd, maar sommige patiënten ervaren hier wel verbetering van de klachten.

Werken en leven met het syndroom

Bij aanhoudende klachten is het belangrijk om overbelasting te voorkomen. Werkzaamheden kunnen soms tijdelijk aangepast worden. In overleg met de bedrijfsarts of werkgever kan gezocht worden naar een passende balans tussen herstel en actief blijven.

Werkhervatting is onderdeel van het herstelproces, en dankzij de Wet Verbetering Poortwachter zijn werkgever én werknemer verplicht samen te werken aan een succesvolle terugkeer.

Wie kan helpen?

  • Fysiotherapeut: Begeleidt het herstelproces met oefentherapie en adviezen.

  • Huisarts: Coördineert de eerste lijn en verwijst indien nodig door.

  • Neurochirurg of orthopedisch chirurg: Voor operatieve behandeling als klachten blijven aanhouden.

Vragen of klachten?

Herken je je in bovenstaande klachten of twijfel je of het om een tenniselleboog of radiaal tunnelsyndroom gaat? Neem contact op met onze praktijk voor een deskundige beoordeling. Een juiste diagnose is essentieel voor een effectief hersteltraject.