Laterale epicondylalgie: Meer dan een tenniselleboog

Last van pijn aan de buitenkant van de elleboog, vooral bij tillen, grijpen of draaien van de onderarm? Dat zijn typische klachten bij laterale epicondylalgie – beter bekend als de tenniselleboog. Ondanks de naam komt deze klacht vaak voor bij mensen die helemaal geen tennis spelen. Sterker nog: het is één van de meest voorkomende overbelastingsklachten van de arm bij werkenden en doe-het-zelvers.

Laterale epicondylalgie is geen ontsteking van de pees, maar een verstoring van het herstelproces in de aanhechting van de onderarmspieren. Begrijpen wat er speelt, is belangrijk voor een succesvolle aanpak.

Wat is laterale epicondylalgie?

Laterale epicondylalgie is een aandoening waarbij de pezen van de onderarmspieren, die vastzitten aan de buitenste elleboogknobbel (de laterale epicondyl), overbelast raken. Dit leidt tot kleine beschadigingen in de peesaanhechting, met als gevolg pijn, verminderde grijpkracht en moeite met dagelijkse handelingen.

Let op: het gaat hier niet om een klassieke ontsteking met zwelling en roodheid, maar om een langdurige disbalans tussen belasting en belastbaarheid van het peesweefsel.

Hoe ontstaat het?

Er is zelden één duidelijke oorzaak. De klacht ontstaat meestal geleidelijk:

  • Herhaalde bewegingen met de pols en onderarm (zoals schroeven, typen, tillen)

  • Langdurige statische belasting van de onderarm (bijvoorbeeld muisgebruik)

  • Plotselinge piekbelasting (zoals een zware tuinwerkdag)

  • Slechte houding of ongunstige werktechniek

  • Gebrek aan herstel of te weinig rust tussen inspanningen

Hoewel de naam anders doet vermoeden, heeft het dus meestal niets met tennis te maken. De klacht komt voor bij mensen van alle leeftijden, maar het vaakst tussen de 35 en 55 jaar.

Wat merkt u van laterale epicondylalgie?

De symptomen verschillen per persoon, maar veelgehoorde klachten zijn:

  • Pijn aan de buitenkant van de elleboog, vooral bij drukken of tillen

  • Krachtverlies bij grijpen, bijvoorbeeld bij een kopje optillen of een deur opendoen

  • Pijn bij polsbewegingen, zoals wringen of schroeven

  • Gevoeligheid bij druk op de elleboogknobbel

  • Soms uitstraling naar de onderarm of pols

Belangrijk: rust nemen alléén is meestal niet voldoende. Zonder gerichte aanpak blijven de klachten vaak langdurig bestaan of keren terug bij hervatting van activiteit.

Fysiotherapie bij laterale epicondylalgie: bouwen aan herstel

Een actieve aanpak is essentieel voor herstel. De fysiotherapeut helpt u om de juiste balans te vinden tussen rust en belasting. Dat doen we stap voor stap:

  • Herstel bevorderen via gerichte oefentherapie

  • Spierkracht en coördinatie verbeteren van onderarm, schouder en romp

  • Peesaanhechting opnieuw belasten, maar met controle

  • Werk- of sporttechniek verbeteren om herhaling te voorkomen

  • Mobiliseren van de elleboog en omliggende gewrichten indien nodig

Met gedoseerde opbouw wordt het weefsel weer sterker en neemt de pijn af. U leert waar uw grenzen liggen en hoe u die langzaam kunt verleggen.

Wat kunt u zelf doen?

  • Voorkom overbelasting: wissel taken af, neem pauzes

  • Gebruik twee handen bij tillen of dragen

  • Pas handelingen aan die pijn uitlokken (zoals een andere muis of toetsenbord)

  • Doe dagelijks rustige rekoefeningen voor de onderarm

  • Koel eventueel na activiteit bij tijdelijke toename van klachten

Belangrijk: forceer geen bewegingen die duidelijk pijn uitlokken. Rustige opbouw werkt beter dan forceren.

Injectie of operatie?

In sommige gevallen wordt een injectie met corticosteroïden overwogen, maar dit geeft vaak slechts tijdelijke verlichting. Langetermijnonderzoek toont aan dat oefentherapie effectiever is op de lange termijn. Operaties worden zelden uitgevoerd en zijn meestal pas aan de orde als conservatieve behandeling langdurig geen effect heeft.

 

Laterale epicondylalgie is geen ‘ontstekingsprobleem’ dat vanzelf verdwijnt. Met de juiste begeleiding, opbouw en aandacht voor uw bewegingen, kunt u wél herstellen en terugkeren naar uw dagelijkse activiteiten – zónder pijn.

Herstellen is een proces – en bewegen is daarin het beste medicijn.